Knoedels (Klösse)
Volgens Doennigs Kochbuch (eerste
uitgave 1902) is het notwendig om een proefknoedel te maken. Als het
deeg te los is moet er wat bloem aan toegevoegd worden, als het te
vast is boter, melk of water. Het kookvocht kan zijn water, melk of
bouillon, het moet in elk geval gezouten zijn en unbedingt koken. Na
het koken de knoedels in een vergiet laten uitlekken. De knoedel kan
eventueel ook gestoomd worden.
Eenvoudige meelknoedels
Bouillon
250 gram bloem
1 ei
Zout
1 eetlepel boter
1/8 liter melk
2 gare geprakte aardappels
In de bloem een kuiltje maken en
hierin het ei breken. Zout, boter en melk erdoor mengen plus de
geprakte aardappel, en hier een tamelijk vast knoedeldeeg van
vormen. Van het deeg balletjes maken, desnoods nog even door de
bloem halen, en in 20 minuten in de kokende bouillon gaar laten
worden.
|